Nagellak

Per trein ben ik op weg naar de Libelle Zomerweekbeurs in Almere. Daar signeer ik mijn boek WerkLust. Wegens tijdgebrek stift ik op een klapstoeltje mijn lippen rood en lak ik mijn nagels in dezelfde kleur. Pal tegenover me zit een klein meisje bij haar vader op schoot. Zwarte krullen, grote ogen. Een snoepje om te zien. Beiden trouwens.

“Ze mag ook als ze wil?”, zeg ik tijdens het lakken. Hij glimlacht en richt zich tot zijn dochter die in zijn oksel ‘duikt’. Tijdens nagel nummer zeven is het ijs gesmolten en word ik op mijn vingers gekeken.

“Wil jij ook?” Ik laat het potje zien. Even later buig ik me over het kleinste wijsvingernageltje ooit. Haar eerste keer nagellak. Papa blaast het droog. Bij de volgende halte moeten we er alle drie uit. En als goede vrienden zwaaien we elkaar de bocht om. Wat een schatjes. Mijn dag is nu al goed.

 

Soms zit geluk in een klein hoekje. En als je niet oplet, is het verdwenen. Dit kleine geluk – en soms onhandig ongeluk – zíen, is de kunst van gelukkig zijn.

Geef als eerste een reactie